Geschiedenis
Geschiedenis

Geschiedenis

Kasteel Croy en zijn bewoners

We moeten ongeveer vijf en een halve eeuw terug in de tijd.

In het jaar 1472 bezit ene Rutger van Erp op Strijp een slotje met hoeve, ongeveer 20 bunder groot. Het slotje bestaat uit de Noord-Zuid gerichte vleugel, met de ronde toren op de Noordwesthoek, van het huidige kasteel Croy.

In 1477 verkoopt Rutger van Erp het slotje aan Jacob van Croy, lid van de beroemde familie Van Croy, behorende tot de Bourgondische hofadel. Jacob werd in 1436 op het kasteel van Chimay (België), geboren als zoon van Jean II de Croy, prins van Chimay. Jacob was onder meer Domheer van Keulen en Bisschop van Kamenrijk (het huidige Chambrai , Noord- Frankrijk).

Al in 1494 verkoopt Jacob het kasteel aan Cornelis van Bergen. Het is waarschijnlijk deze Cornelis geweest, die het kasteel in zijn huidige omvang heeft laten uitbreiden. Ook laat Cornelis het prachtige poortgebouw bouwen. Nadien bewonen nog vele adellijke families het kasteel. De laatste bewoonster is de markante Freule Johanna van der Brugghen.

Freule Constance van der Brugghen
Johanna Carolina Constantia Wilhelmina, (Freule Constance) van der Brugghen van Croy werd in 1795 geboren in Utrecht, maar verhuist op jonge leeftijd naar kasteel Croy onder Stiphout. Samen met haar ouders, haar twee oudere broers en haar jongere broertje leidt zij er een zorgeloos bestaan.

Koninklijk bezoek: Op een rondreis door Brabant in 1809 overnacht koning Lodewijk Napoleon op Croy, bij welke gelegenheid de dertienjarige Constance van hem een kam, oorringen en een halssnoer cadeau krijgt.

Aan het zorgeloze familieleven komt in 1820 een einde. Contances jongere broer Louis komt bij een duel om het leven, en zes jaar later overlijdt haar oudste broer Gideon. Als ook haar vader in 1828 sterft, blijft Constance op Croy om te zorgen voor haar moeder, die steeds hulpbehoevender wordt en in 1843 overlijdt. Ze woont dan samen met haar gepensioneerde broer George op het kasteel. Constance voert het beheer over het complex. In 1864 sterft ook haar broer George, en komt het gehele kasteel in het bezit van freule Constance.

Freule Constance laat in 1872 een nieuw testament opmaken waarin ze laat vastleggen dat Kasteel Croy, na haar overlijden, ingericht dient te worden als tehuis voor arme oude mannen en vrouwen uit Stiphout en Aarle-Rixtel, onder de naam Geloof, Hoop en Liefde.